[lgc_column grid=”50″ tablet_grid=”50″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
- 1 hand steunt verticaal op het obstakel, 1 hand duwt horizontaal tegen het obstakel
- Gestrekte armen
- Afstoten op 2 voeten
- In klein bolletje door de handen springen
[lgc_column grid=”50″ tablet_grid=”50″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
- Obstakel moet stevig zijn
- Obstakel mag niet hoger zijn dan de gemiddelde heuphoogte van de leerlingen van de klas
- Voorbeelden: bank, muur,…
[/lgc_column]
Niveau 1
[lgc_column grid=”30″ tablet_grid=”40″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
Vanuit stand op het obstakel tussen de handen draaien.
[/lgc_column]
[lgc_column grid=”70″ tablet_grid=”60″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
[/lgc_column]
Niveau 2
[lgc_column grid=”30″ tablet_grid=”40″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
Springen tot op het obstakel en tussen de handen draaien.
[/lgc_column]
[lgc_column grid=”70″ tablet_grid=”60″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
[/lgc_column]
Niveau 3
[lgc_column grid=”30″ tablet_grid=”40″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
In één vlotte beweging tussen de handen draaien.
[/lgc_column]
[lgc_column grid=”70″ tablet_grid=”60″ mobile_grid=”100″ last=”false”]
[/lgc_column]
Bekijk de algemene instructievideo